Geen probleem te zien tot je de mond opent.
Bij het bekijken van de snijtanden van deze shetlandpony valt er al iets op: hij lijkt zijn hoeksnijtand onderaan te missen. Het kleine tandje dat op deze plaats staat, is het hengstentandje van deze merrie.
Bij het openen van de mond zie je dit: de hoeksnijtand is verplaatst naar het midden van de onderkaak. De tand staat op de plaats waar normaal de tong in rust moet liggen. Tussen deze tand en de overige snijtanden blijft voedsel vastzitten dat hier gist en rot (met bijhorende geur).
Na het verwijderen van het voedsel en proper maken van deze ruimte, zie je dat het tandvlees en alveolair bot over de hele lengte van de reservekronen weggetrokken is. Dit is het gevolg van het rottende voedsel dat hier een ontsteking heeft veroorzaakt.
Het probleem bij deze verplaatste snijtand is dat deze tot tegen het gehemelte komt bij gesloten mond. Deze tand is langer dan de rest omdat hij niet het normale slijtageproces ondergaat. Deze tand wordt wel deels afgesleten door de zijdelingse kauwbeweging, maar dit is onvoldoende om dezelfde lengte als die van de andere snijtanden te bekomen.
Bij deze pony was er geen actieve ontsteking meer aanwezig (tandvlees en botweefsel zijn reeds weg). Bijkomend staat de scheve tand verrassend genoeg heel stevig vast. Daarom is er geopteerd voor een budgetvriendelijke oplossing: de ruimte tussen de snijtanden is opgevuld met een kunststofmateriaal zodat er geen voedsel meer vast blijft zitten in deze ruimte. Bovendien is de verplaatste snijtand is zo ver als mogelijk ingekort zodat deze het gehemelte niet meer raakt.
Hoe ontstaat nu zoiets? Mogelijks is dit het gevolg van een trauma (slag op de onderkaak) op jonge leeftijd waarbij de hoeksnijtand verplaatst is.
Het verwijderen van deze scheve tand is op lange termijn de beste oplossing.